Mensen zeggen dan: “Die hond is dominant”. Het tegendeel is waar. De hond probeert juist om de rust te bewaren. Hij heeft immers geleerd dat wanneer hij zich onderwerpt, dit geen garantie is om een bloedende neus te voorkomen. Door deze signalen af te geven probeert de hond zijn soortgenoot juist op afstand te houden. Bij honden is er altijd een de hoogste in rang.
Dit zou dan de dominante hond moeten zijn, oftewel de Alfa hond van de roedel. In een goede roedel hoeft deze hond zijn positie niet te bevestigen. Hij leidt, de rest volgt van hoog naar laag. Een gebalanceerde roedel is prachtig om te zien. Alle honden kennen hun plek en gedragen zich daar ook naar. De “baas” van de roedel hoeft dus helemaal niet dominant te zijn.
Het kan zijn dat je honden altijd erg dominant zijn, ook wanneer je er mee gaat wandelen. Dit kan frustraties oproepen, als de hond een andere hond ziet wil hij er meteen naar toe, met zijn haren overeind en grommend. Dit gedrag moet je direct corrigeren, maar hoe pak je dat goed aan? Vaak wordt er gezegd negatief gedrag negeren en positief gedrag belonen, maar bij dominante honden werkt dat niet altijd.
Negatief gedrag mag ook gecorrigeerd worden, het ligt er maar net aan welke opvoedingsmethode je gebruikt en wat er bij jouw hond aanslaat. Sommige honden kun je afleiden met een stukje kaas, andere honden kun je afleiden door er vrolijk tegen te praten. Ontdek daarom nu wat er bij jouw hond mogelijk is en soms moet je hier creatief voor zijn om een oplossing te bedenken, maar dat is natuurlijk goed wanneer je het gedrag er uit wilt trainen.
Zeker wanneer je al meer ervaring hebt met honden dan zit je vol ideeën en komt het helemaal goed. Je hebt er zin in om samen de straat op te gaan en te kijken wat er bij jouw hond werkt. Blijf het proberen, werk er met plezier aan en je krijgt een fijne hond. De aanhouder wint.
0 Reacties